egw knop2 gedicht knop

7 juli: God heeft alles onder controle


Opkomst en ondergang van volken
Elk volk dat op het wereldtoneel is verschenen, is in de gelegenheid gesteld zijn plaats op aarde in te nemen om te zien of het aan het doel van de “Wachter en de Heilige” zou beantwoorden. De profetie heeft de opkomst en ondergang van de grote wereldrijken Babylon, Medo-Perzië, Griekenland en Rome geschilderd. In elk van deze rijken en van minder machtige volken heeft de geschiedenis zich herhaald. Elk volk kreeg zijn proeftijd, elk volk faalde daarin, zijn glorie verschrompelde, het verloor zijn macht en zijn plaats werd ingenomen door een ander.
Terwijl de volken Gods beginselen verwierpen en in deze verwerping hun eigen ondergang bewerkstelligden, trad nochtans aan het licht dat het Goddelijke alles overheersende doel zich door al hun bewegingen vervulde.

Visioen der cherubs
Deze les wordt geleerd in een wonderbaarlijke symbolische voorstelling die de profeet Ezechiël tijdens zijn ballingschap in het land der Chaldeeën gegeven werd. Dit visioen kreeg Ezechiël toen hij gebukt ging onder smartelijke herinneringen en sombere voorgevoelens. Het land van zijn voorouders was een woestenij. Jeruzalem was verlaten. De profeet zelf was een vreemdeling in een land waar eerzucht en wreedheid de overhand hadden. Aan alle kanten zag hij tirannie en onrecht, zijn ziel was in wanhoop en hij treurde dag en nacht. Maar de symbolen die hem getoond werden, openbaarden een macht ver verheven boven die van aardse heersers.

De leidende hand
Aan de oevers van de rivier de Kebar zag Ezechiël een stormwind die uit het Noorden scheen te komen, “een zware wolk met flikkerend vuur en omgeven door een glans; daarbinnen, midden in het vuur, was wat er uitzag als blinkend metaal”. Een aantal raderen die in elkaar grepen, werden in beweging gebracht door vier levende wezens. Hoog boven hun hoofden was “wat er uitzag als lazuursteen dat de vorm had van een troon, en daarboven, op hetgeen een troon geleek, een gedaante, die er uitzag als een mens”. “Bij de cherubs was onder hun vleugelen iets zichtbaar, dat de vorm had van een mensenhand”. Ezech. 1:4,26; 10:8. De raderen waren in hun samenstelling zo gecompliceerd, dat het leek alsof alles in verwarring was; maar zij bewogen zich in volmaakte harmonie. Hemelse wezens, ondersteund en geleid door de hand onder de vleugels van de cherubs, dreven deze raderen aan; boven hen op de troon van saffier zat de Eeuwige; en rondom de troon was een regenboog, het embleem van Goddelijke genade.
Zoals dat bijzonder ingewikkelde raderstelsel geleid werd door de hand onder de vleugels van de cherubs, zo staat het gecompliceerde spel van menselijke gebeurtenissen onder Goddelijk beheer. Temidden van de strijd en het tumult der volken leidt Hij Die boven de cherubs troont, nog steeds de aangelegenheden hier op aarde.

Een plaats in Gods doel
De geschiedenis van de volken die de een na de ander de hun toegewezen tijd en plaats hebben ingenomen en onbewust getuigen van de waarheid waarvan zijzelf de betekenis niet begrijpen, spreekt tot ons. Aan elk volk en op elk mens van deze tijd heeft God een plaats in Zijn groot plan toegekend. Vandaag worden mensen en volken gemeten door het schietlood in de hand van Hem Die zich niet vergist. Allen bepalen door hun persoonlijke keuze hun lot en God heeft alles in Zijn macht om Zijn doel te bereiken. 4:23. -- KV, hfdst 19

We lezen samen uit Karaktervorming van EGW, om inzicht te krijgen in ons eigen karakter, zoals God dat ziet. We lezen elk hoofdstuk in 2 tot 4 dagen.

Reacties  

+1 # Ingrid Wijngaarde 07-07-2016 18:51
Dit is de eerste keer dat ik het visioen van Ezechiel begrijp!

Wat legt ze het eenvoudig en treffend uit: Wat voor ons een kluwen van verwarring is, wat niet in mensentaal te beschrijven en te doorgronden is, heeft God volledig onder controle.

God liet Ezechiel zien dat IEDEREEN Gods doel volbrengt, ook al lijkt het van de buitenkant niet zo. Dat wil niet zeggen dat het hem tot heil is, maar God laat alle dingen meewerken voor Zijn grote doel en voor Zijn volk. De daders wacht hun toegemeten loon.

Ergens staat: waarom woeden de volkeren en zijn zij in toorn ontbrandt? (Ps 2:1). Wat een zinloosheid en vermeende macht.

NIEMAND heeft macht en gezag, tenzij door God armlengte gegeven.

Gods volk jankt en is soms zo ontmoedigd omdat het lijkt alsof de geweldenaars de wereld hebben. En het geweld is nooit alleen buiten gebleven. Jesaja werd door midden gezaagd... Jeremia in een modderput gegooid.... Micha kreeg een kaakslag ... allemaal IN de gemeente.

Maar God verzekert ons: Mijn eer geef ik niet aan een ander, niet aan de gesneden beelden, noch aan andere zelfgemaakte of ingebeelde afgoden (Jes 42:8).

Wat een hoop komt er op ons af uit dit verwarrende visioen van Ezechiel. God liet Ezechiel zien dat Zijn hand, voor velen onzichtbaar, de raderen stuurt! Halleluja!

Dank je, Ellen, dat je het voor mij duidelijk hebt gemaakt! Dank je dat je Gods boodschapster wilde zijn! Wat zijn wij een bevoorrecht volk! God houdt van ons!

u bent niet geauthoriseerd om op dit bericht commentaar te geven.

Erken nu met geheel uw hart en ziel, dat niet een van alle goede beloften die de HERE, uw God, u gegeven heeft, onvervuld gebleven is. - Jozua 23:14


Copyright © Promise Ministry